Volg ons op YouTube

Gastvrijheid

Hallo lieve lezers,

Deze keer wil ik jullie meenemen naar een bijzondere cultuur met bijzondere gewoontes.

Naar een land waar, in onze ogen, veel armoede is.
Een land waar, in onze ogen, eigenlijk geen luxe te vinden is.
Ook een land van uitersten, in landschap, temperatuur en omstandigheden.
Zoals jullie vast wel weten zijn we nu met ons huis op wielen in Afrika. Dat ging niet zonder slag of stoot en dat was ook geen opwelling.

Hoe dat allemaal is gegaan kunnen jullie hier bekijken met het vervolg in dit filmpje

Het was een hele onderneming en een hele grote verandering. We gingen van temperaturen onder de 10 graden naar een land waar de temperatuur nu ongeveer tussen de 30 en 45 graden ligt. Maar ook de cultuur, de natuur, dit alles bijna overweldigend.

In de schaduw van de camper kijk ik uit over een landschap waarvan ik wist dat het bestond, maar nooit kon bedenken hoe aangrijpend ik dit zou vinden. Mijn blik rust op de bergen en heuvels ze hebben alle kleuren bruin en grijs, geen groen en geen felle kleuren.

 

 

Eentonig, saai? Nee, dat zeker niet, maar anders. Het heeft een bepaalde woestheid, de ontembaarheid, ondoordringbaarheid, de droogte, ja ongenaakbaar strekt het land zich voor mij uit. En toch zijn er groene stippen, grote groene en frisse citrus bomen staan in de brandende zon, op de zinderend hete grond.

Mensen met lange gewaden en tulbanden om hun hoofd, hebben de keiharde grond omgeploegd. Ze hebben een boom geplant er een flinke wal omheen gelegd. Ze hebben in de, in mijn ogen, onvruchtbare, keiharde grond gezocht naar een stukje waar iets kan groeien, dat stukje hebben ze bewerkt en ingezaaid en met veel zorg vangen ze vocht op en gebruiken dit op hun akkertjes.
Als je heel goed kijkt, zie je in dit landschap langwerpige blokken staan met een halfrond dak en vaak half verscholen in de grond. Hier wonen de harde werkers, de landbouwers, de schapen- en geitenhoeders. Berbers worden ze genoemd.

We hebben de grote zandduinen achter ons gelaten en zijn nu in een ander gedeelte van de Sahara. Hier gelukkig veel minder stuifzand, de mensen vechten hier niet tegen het zand wat langzaam maar zeker alles als het ware op eet, maar ze vechten met de grond.

Uren op zoek naar iets eetbaars voor hun schapen en geiten, eindeloos hakken ik de grond om deze omgeploegd te krijgen.
Respect, dat is wat je krijgt voor deze mensen.
Met hun oeroude Peugeots en Renaults hobbelen ze door het landschap, het liefst een pickup, want daar kan je werkelijk alles in vervoeren; veel mensen, schapen, als het moet een ezel of een paard, gras wat ze uren ver bij een oase kunnen kopen en nog veel meer. Je kijkt je ogen uit!

Benzine wordt in de kleine dorpjes in lege waterflessen verkocht, of per 10L dat is dan het maximale wat je per dag, per klant mag kopen (je kunt verschillende van deze stalletjes langs gaan) Het benzinestation is weer een aantal uur verderop bij de “grote stad”. De plek waar ook winkels zijn met groenten en fruit, soms kleding of matrassen, hier en daar zijn winkels met teilen en servies of een winkel met tuingereedschap en dergelijke.
In onze ogen zijn het uitdragerijen, rommelige gedoetjes zonder structuur of orde. We zagen zelfs een winkel met TV’s, deze lagen allemaal op een grote onordelijke berg….uitzoeken maar.

Dit is allemaal in het zuiden van Tunesië bij de Libische grens.

In het Noorden is het allemaal heel anders. Daar is meer welvarendheid, meer groen, meer regen, minder hitte, meer werkgelegenheid, van alles meer en minder. Wat hetzelfde blijft is, alweer in mijn ogen, de chaos, de rommel, de ongeordendheid.

Zo kan ik nog wel een poosje doorschrijven, wat we allemaal al hebben meegemaakt in deze chaotische cultuur!
We genieten, genieten van de natuur, de mensen, de cultuur.
Ongelooflijk als je ziet waar deze mensen van leven, waar ze tevreden mee zijn, ja waar ze trots op zijn. Echt beschamend, wat zijn veel westerlingen dan zeurkousen (even generaliserend, sorry!)
Hoe vaak heb ik niet gezucht of geklaagd als er iets bijvoorbeeld niet voorhanden was in de supermarkt waar ik nou net voor ging. Of de dure appels waar net weer 3 rotte tussen zaten een pak koekjes waar alle koekjes van in gruis liggen.
Of hoe vaak gaat het niet over mode, de kleur op de muren, iets wat echt niet meer kan, wat dus uit de mode is.

Dat gaat hier dus net even anders.
Hier ben je blij met een zaakje waar je groenten en fruit kunt kopen en ja veel courgettes zijn zacht, de keuze is minimaal, vaak blijft het bij tomaten, aardappels, pepers en courgettes of aubergines. Het fruit is heerlijk! Super lekkere sinaasappels, mandarijnen, meloenen en bananen. Met een beetje geluk zijn er ook aardbeien of kiwi’s. Supermarkten met een koeling zijn ook erg schaars.
Veel producten worden per petfles verkocht, zoals ik net al schreef bijvoorbeeld de benzine, maar ook de olijven, olijfolie en melk. Geen idee hoe schoon deze flessen zijn en wat er al dan niet al in heeft gezeten….
Als je dan in de “grote stad” komt en er is een supermarkt met schappen waar iets op staat, dan wordt ik blij! Ineens voel je je heel rijk en luxe. Er zijn bonen in blik, tomatensaus, en pasta vooral veel pasta, van macaroni tot canelli in alle maten.
Net niet de producten die ik graag in een supermarkt zie.
Maar hier leer ik koken en eten met dat wat voorhanden is, tevreden te zijn met wat er is.
Maar goed, ik ben nog steeds niet bij mijn punt aangeland waar ik over wilde schrijven 😉

Daar rijden wij dan met onze blitse wagen en aanhanger, we stoppen, automatisch gaat het trappetje naar beneden, de deur gaat open en een goed geklede westerling stapt naar buiten en kijkt om zich heen. Het ziet er goed uit, de ondergrond is vlak, misschien is er zelfs een schaduwplekje, in de verte staat een huisje. Mooie plek om te overnachten en morgenochtend te werken en misschien nog wel een nachtje te staan.
De luifel wordt uitgedraaid, de ramen gaan open, zonwering waar nodig, luik open stoelen eruit, bakje koffie en even zitten, dan weer aan het werk.

In de verte komt een mannetje (het is letterlijk een mannetje) aangelopen, breed lachend met nog een paar tanden zichtbaar. Na wat heen en weer gepraat begrijpen we dat we op zijn land staan en ook begrijpen we dat hij dat echt niet erg vindt en nee hij wil geen koffie want hij heeft Ramadan. Oké, we zijn onder de indruk van deze man, van deze mannetjesputter, ergens in de 70 en dan een grote olijvengaard met de grond onder de olijven keurig geploegd, gezaaid, bewateringssysteem met water uit een 150m diepe put. De peper- en courgette plantjes komen al op en worden keurig onkruidvrij gehouden. En echt niet een klein stukje land…..Ongelooflijk!

Nog verbaasd van deze landbouwer zien we in de verte 3 kleurige figuren aankomen. Over de stoffige landweg langs de olijfbomen richting de camper. In hun handen dragen ze schalen en dienbladen. Het zal toch niet……Ja echt! Ze hebben een complete maaltijd gekookt. Over de dienbladen heen maken we kennis met deze veelkleurige mensen, de liefde straalt van hun gezicht. Of ze mee willen eten? Nee, zeker niet, het eten is voor ons en daar gaan ze weer.

 

Ontroerd door dit gebaar genieten we van de maaltijd; soep, couscous, macaroni, salade, heerlijk met net gebakken brood en kaasjes.

Na een rustige nacht komt de landbouwer met de 3 kleurige dames zo’n beetje in onze buurt op het land werken. Het blijkt een vader te zijn met drie van zijn zes dochters. De mannen wonen en werken in Frankrijk en komen 1x per jaar naar huis. Er is 1 klein meisje die geniet van alles wat er in de camper is te zien, ze mag kleuren met stiften en Cindy is favoriet.

Om een uur of 11.00 vragen ze of we hun maison komen bekijken. Oké, wij gestructureerde mensen hebben net onze pauze erop zitten en moeten eigenlijk verder werken….Maar natuurlijk gaan we mee. We komen bij 3 betonnen gebouwtjes waarvan wij dachten dat het iets anders was. Vol trots laten ze hun kippen, kalkoenen en valse hond, met puppy’s, aan de ketting zien.
Ook binnen laten ze alles zien, ze hebben een toilet en zelfs een koelkast, de matrasjes liggen in de hoek en we mogen op het bankstel zonder poten zitten. De scooter staat tegen de muur.
Toch is het sfeervol en gezellig en heerst warmte en liefde, dat voelen we!
In no-time staat er weer een overheerlijke maaltijd op tafel en genieten we wederom van de gastvrijheid!

 

Even later als we weer vol verwondering bij de camper zitten, komt er een omaatje aan met een schildpad voor Jonathan, daar kan hij mee spelen 😉 Weer een poosje later komt ze een net gebakken brood brengen.

’s Avonds krijgen we voor de derde keer een heerlijke maaltijd. We voelen ons haast bezwaard en weten met zoveel liefde en gastvrijheid bijna geen raad. Moeten we ze iets geven, geld? Of zou dat juist beschamend voor hen zijn? Uiteindelijk maakt Jonathan een schitterende foto van hun huis en bedrijf vanuit de lucht, deze printen en sealen we.
Daar zijn ze echt blij mee!

Ondertussen geeft het ons te denken.
Hoe mooi om te zien dat deze gastvrijheid Bijbels is, denk aan Abraham en Sara, er komen onbekende bezoekers, maar er wordt zelfs een kalf geslacht, het brood wordt gebakken en een complete maaltijd wordt in no-time aan de gasten voor gezet. Wist Sara hun namen al? had ze al kennis gemaakt? Ze deed dit volkomen uit gastvrijheid. (Genesis 18)

Zo ervaren we dat hier ook.

Gastvrijheid, hoe gastvrij zijn we zelf?
In Veenendaal liepen er de hele dag mensen uit Polen, Roemenië, ed langs. Ja, ze waren vaak aangeschoten of dronken, ze zaten soms voor ons huis op de stoep. Maar een complete maaltijd voor ze koken, dit voor ze neerzetten en zelf weer weggaan…..
Een kop koffie, dat ging nog wel, wel in een papieren bekertje en niet in m’n mooie kopje. Was ik echt zo ongastvrij? Of noemen we dit cultuur? Of is het gewoon onBijbels? Er aten toch vaak zat mensen met ons mee, vrienden, bekenden en minder bekenden, maar koken voor een wildvreemde?

We parkeren voor ons gevoel helemaal ergens in de natuur, maar binnen no time staat er iemand aan de deur en vraagt of we genoeg water hebben om te drinken. Hij rijd weer weg, maar komt even later terug met een hele grote doos dadels, karnemelk en nog iets eetbaars.
Hij drukt ons op ons hart om vooral te bellen als we iets nodig hebben; eten, water, of wat dan ook!
Zo ook de familie die bij een campus woont, we mogen naast hun huis staan en of we alsjeblieft om 19.00u komen mee-eten, hebben we nog water nodig? Lusten we Arabische koffie? (zeker!) Blijven we nog langer bij hun? Komen we nog een keertje terug, alsjeblieft? Drinken we nog 1 kopje Arabische koffie voor we gaan? Gaan jullie nu dan toch echt? Wacht, eerst nog even leren hoe je Arabische koffie zet! Schrijf alsjeblieft mijn telefoonnummer op, mocht er wat zijn dan kan je bellen!

 

Inmiddels hebben we al een hele lijst met namen en telefoonnummers in onze telefoon, namen die beginnen met een A of een M (Abdel of Mohammed)

Alweer kijken we elkaar aan en verwonderen ons!

Zo stonden we net buiten een dorp vlak bij de Algerijnse grens, al snel kwam de politie ons vertellen dat het niet veilig was om daar te staan. Ze vroegen ons of we naast het Politiebureau kwamen staan.
Dat gedaan. Inmiddels alweer laat, dus maar op zoek naar een makkelijke maaltijd; Omelet met brood. Op naar de supermarkt. Deze supermarkt heeft heel veel schappen waar heel weinig op staat, maar wat een oase van orde. Uiteindelijk een blikje Tonijn en 6 eieren in een plastic zakje, maar hebben ze ook brood?

Helaas was het brood op. De vriendelijke supermarkteigenaar vraagt ons wat we van zijn winkel vinden en of er genoeg keuze is. De winkel was keurig schoon en de artikelen die er waren stonden allemaal keurig op de schappen. Dus we vertellen dat het een geweldige winkel is, waardoor zijn glimlach nog breder wordt.
Of we even willen wachten? Ondertussen vermaant hij een andere klant, die achter ons staat om ergens in het dorp brood te gaan zoeken. Na ongeveer 10 minuten, worden er twee gloeiende hete broden in onze handen gedrukt.

We hebben amper ons omeletje naar binnen gewerkt of de politie komt aan met een grote schaal couscous, een bord met dadels en een fles water…..

 

Wat een land, wat een mensen.

Na een hete week met temperaturen boven de 45 graden, vinden we een uurtje verderop een plaats wat hoger in de bergen, uit de zandstormen maar wel in de wind en kunnen even tot rust komen, na alle druktes, zand en hitte om ons heen. We staan nu echt midden in de bergen, alleen heel in de verte zien we een Berber huisje.
Wat schetst onze verbazing, na een poosje komt er een hele oude Renault aanrijden. Er stapt een man uit en een heleboel kinderen.
Blijkbaar is het zijn land. In zijn ene hand heeft hij een mooie schaal en in zijn andere een heerlijk ruikende meloen. Hij overhandigt deze gulle gaven, zwaait en rijdt weer weg.

Hij vraagt niet wat we op zijn land doen, hoe lang we blijven, wie we zijn, of hij zijn schaal weer terug krijgt, niks. Hij geeft het eten en gaat weer weg.

Wat een lessen leren we hier in dit land, een land vol armoede, een land wat aan het wegzakken is omdat er geen toeristen zijn (50% van de bevolking werkte in de toeristenbranche) Een land vol droogte, moeite en hardwerkende mensen, ploeterend om in leven te blijven. Maar gastvrij tot in hun tenen, vriendelijke, behulpzame mensen. Zonder vragen, zonder er iets voor terug te verwachten staan ze voor je klaar!

Hoe is onze houding ten opzichte van een totaal onbekend mens? Geven wij iemand die, in onze ogen, 20 keer zo rijk is, belangeloos een maaltijd? Laten wij zomaar iemand in de tuin overnachten, iemand waarvan je zelfs de naam niet weet?

In de Bijbel komen we regelmatig de oproep tot gastvrijheid tegen. Hierbij een aantal Bijbelgedeelten die dit onderwerp behandelen: Lees in deze context bijvoorbeeld; Romeinen 12, 1 Timotheüs 3:2, 1 Petrus 4:9, Hebreeën 13:2

Bedankt voor het lezen!
Heel veel zegen.

Liefdevolle groet uit het verre en gastvrije Tunesië,

Martine