De hemelvaart en het komende Koninkrijk
De Heere is waarlijk opgestaan! Hij Die Zijn leven gaf tot in
de dood, heeft overwonnen als de grote Triomfator. Geen macht van de hel kon
Hem bedwingen, satans kop heeft Hij vermorzeld en met Zijn opstanding heeft Hij
de weg geopend tot het Vaderhart voor allen die door het geloof tot Hem komen. De
schuld die scheiding maakte tussen de zondaar en God de Vader, heeft Jezus
vrijwillig op Zich genomen, de prijs heeft Hij betaald. Nu is er hoop, ja eeuwig
leven want een ieder die de Naam des HEEREN zal aanroepen zal zalig worden,
(Rom. 10:11) ‘Want God heeft Zijn Zoon niet gezonden in de wereld, opdat Hij de wereld veroordelen zou, maar
opdat de wereld door Hem behouden zou worden, Joh. 3:17.’ Geloof eigent
zich toe dat wat uit genade geschonken wordt. Hoe heerlijk om dan de stem van
het Evangelie te horen: ‘Geloof in de Heere Jezus Christus, en gij zult
zalig worden, gij en uw huis, Hand. 16:31.’ Wat een heerlijke boodschap is
toch Gods blijde boodschap!
Nadat Jezus Zijn leven heeft gegeven als het Lam Gods dat de
zonde der wereld wegneemt, heeft Hij Zijn discipelen nog veertig dagen
onderwezen. Als de opgestane Levensvorst sprak hij over de dingen van het
Koninkrijk Gods ook wel het Koninkrijk der hemelen genoemd.
Het Koninkrijk Gods… Wat een onderwerp. Is er wel een ander
onderwerp denkbaar waarover zo verschillend wordt gedacht? Terwijl de Bijbel
ons heeft opgeroepen om de goede strijd te strijden, heeft de kerk van alle
eeuwen meer tegen elkaar gestreden dan met elkaar de goede strijd gestreden.
God verkoos een volk, Israël, Zijn oogappel en door verkeerde interpretaties is
er bloed gaan kleven aan de handen van velen die zich hebben beroepen op het
Woord van God. De kerk is zich gaan zien als het Israël waarbij Gods beloften,
gedaan aan het huis van Israël en het huis van Juda, van hen zijn geroofd en
eigenmachtig zijn toegeëigend. In plaats van in lijn met het Oude en het
(ver)Nieuw(d)e (verbond) Testament te geloven en te belijden dat de gelovigen
in de Heere Jezus Christus worden ingeënt in de edele olijfboom om samen met
het gelovige Israël deel te krijgen aan Gods heilsbeloften, heeft de kerk zich
op het levensgevaarlijke terrein begeven van de zelfverheffing. Hoe pijnlijk is
in de geschiedenis van het antisemitisme niet gebleken dat het vuur van de
vervolging eerder gevoed is dan getemperd door dat wat vroege kerkvaders hebben
beweerd.
Wanneer we spreken over het Koninkrijk Gods dan past ons
eerbied en voorzichtigheid. Eerlijk gezegd ken ik persoonlijk geen moeilijker
onderwerp dan deze. Juist de verdeeldheid rond dit onderwerp en de vaak
uitgesproken meningen hebben mij belemmerd in het vormen van een Bijbelse
mening. Als Evangelist ervaar ik een last voor verloren zielen, die ik,
gedreven door Gods liefde tot verlorenen, wil bekend maken met de Zaligmaker en
Verlosser van deze wereld. Maar is Jezus, naast de Verlosser Die in Zijn
vernedering Zijn leven gaf als het Lam van God, ook niet de Koning der koningen
die straks zal komen en voor Wie alle knie zich zal moeten buigen?
Jezus heeft ooit gezegd dat het Koninkrijk van God binnen in
u is (Luk. 17:21). Waaruit wij kunnen opmaken dat daar waar de ziel zich
onderwerpt aan God de Vader door het geloof in de Heere Jezus, van een vijand van
God, een Koningskind wordt. Daar waar de zondaar zijn of haar knieën buigt en
als het ware van de troon afkomt, kan Koning Jezus plaats nemen. Daar waar de
zondaar zich onderwerpt aan God en Hem laat regeren, daar is het Koninkrijk
Gods. Maar hebben ik, en velen met mij, niet maar al te vaak en te gemakkelijk
een denkbeeldige punt gezet achter deze belijdenis, terwijl daar een komma moet
staan? Als de Heere Jezus Zijn discipelen heeft leren bidden; “Uw Koninkrijk
kome”, doen wij dan niet tekort aan de eer van de Koning wanneer wij niet
met de discipelen verlangen naar het Koninkrijk van God, waarbij Jezus als
Koning zal regeren en de wet van Sion zal uitgaan? Wat te doen met alle
beloften, profetieën, woorden van Petrus, Paulus en de Openbaring van Jezus aan
Johannes?
Laten we via de woorden van de scheidende Jezus en Zijn
discipelen wat door de Bijbel bladeren om een beter beeld te krijgen van het
Koninkrijk der hemelen.
‘Zij dan, die samengekomen waren, vraagden Hem, zeggende:
Heere, zult Gij in dezen tijd aan Israël het Koninkrijk wederoprichten? En Hij
zeide tot hen: Het komt u niet toe, te weten de tijden of gelegenheden, die de
Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft; Maar gij zult ontvangen de kracht des
Heiligen Geestes, Die over u komen zal; en gij zult Mijn getuigen zijn, zo te
Jeruzalem, als in geheel Judéa en Samaria, en tot aan het uiterste der aarde,
Hand. 1:6-8.’ De
discipelen worden hier na veertig dagen onderwijs over het Koninkrijk der
hemelen, niet op de vingers getikt over hun verwachting van het Koninkrijk,
maar gewezen op het feit dat alleen Vader weet wanneer deze wederoprichting zal
plaatsvinden. De discipelen worden bemoedigd met de belofte van het ontvangen
van de kracht van de Heilige Geest en nogmaals gewezen op het feit dat zij als
getuigen van de opgestane Jezus de boodschap zullen brengen vanuit Jeruzalem
tot over heel de aarde. ‘En als Hij dit gezegd had, werd Hij opgenomen, daar
zij het zagen, en een wolk nam Hem weg van hun ogen. En alzo zij hun ogen naar
den hemel hielden, terwijl Hij heenvoer, ziet, twee mannen stonden bij hen in
witte kleding; Welke ook zeiden: Gij Galilese mannen, wat staat gij en ziet op
naar den hemel? Deze Jezus, Die van u opgenomen is in den hemel, zal alzo
komen, gelijkerwijs gij Hem naar den hemel hebt zien heenvaren, Hand. 1:9-11.’
Zoals Hij is opgevaren zal Hij komen, als Verlossende Zaligmaker ging Hij, als
Regerende Koning zal Hij komen.
Petrus die met de anderen aan Jezus gevraagd had wanneer de
wederoprichting zou plaatsvinden, spreekt daar later van, wanneer hij vervuld
is door de Heilige Geest: ‘Betert u dan, en bekeert u, opdat uw zonden mogen
uitgewist worden; wanneer de tijden der verkoeling zullen gekomen zijn van het
aangezicht des Heeren, En Hij gezonden zal hebben Jezus Christus, Die u te
voren gepredikt is; Welken de hemel moet ontvangen tot de tijden der
wederoprichting aller dingen, die God gesproken heeft door den mond van al Zijn
heilige profeten van alle eeuw, Hand. 3:19-21.’ Nu is Jezus als de Voorbiddende
Hogepriester in de hemel, straks zal Hij komen om alle dingen als het ware te
herstellen. Daniël heeft Hem van verre gezien en geprofeteerd: ‘Verder zag
ik in de nachtgezichten, en ziet, er kwam Een met de wolken des hemels, als
eens mensen zoon, en Hij kwam tot den Oude van dagen, en zij deden Hem voor
Denzelven naderen. En Hem werd gegeven heerschappij, en eer, en het Koninkrijk,
dat Hem alle volken, natiën en tongen eren zouden; Zijn heerschappij is een
eeuwige heerschappij, die niet vergaan zal, en Zijn Koninkrijk zal niet
verdorven worden, Dan. 7:12,13.’ Openbaring 20 spreekt van een periode van
1000 jaar waarin de duivel zal gebonden zijn, zodat hij de volken niet meer zou
kunnen verleiden. Johannes zegt over die periode: ‘En ik zag tronen, en zij
zaten op dezelve; en het oordeel werd hun gegeven; en ik zag de zielen
dergenen, die onthoofd waren om de getuigenis van Jezus, en om het Woord Gods,
en die het beest, en deszelfs beeld niet aangebeden hadden, en die het
merkteken niet ontvangen hadden aan hun voorhoofd en aan hun hand; en zij
leefden en heersten als koningen met Christus, de duizend jaren, vers 4.’
In dat Koninkrijk zal met Christus een volk regeren dat uit alle geslachten,
talen en volken is gekocht met het dierbare bloed van het Lam, zij hebben zich
niet willen laten leiden door het beest en daarvoor niet willen buigen. ‘En
zij zongen een nieuw lied, zeggende: Gij zijt waardig dat boek te nemen, en
zijn zegelen te openen; want Gij zijt geslacht, en hebt ons Gode gekocht met Uw
bloed, uit alle geslacht, en taal, en volk, en natie; En Gij hebt ons onzen God
gemaakt tot koningen en priesteren; en wij zullen als koningen heersen op de
aarde, Openb. 5:9,10.’
In zes dagen schiep God de hemel en de aarde en op de zevende
dag ruste Hij van al Zijn werk, Hij zegende en heiligde die dag en gaf Zijn
volk die dag als rustdag na zes dagen arbeid. De Bijbel leert ons ook dat een
dag is als duizend jaren en duizend jaren als een dag (2 Petr. 3:8). Na twee
dagen wereldgeschiedenis vond het oordeel over de eerste wereld plaats,
doormiddel van de zogenoemde zondvloed. Twee dagen later kwam Jezus de
Verlosser en nu weer twee dagen later staan we op het punt om de laatste dag,
de dag van rust in te gaan. Zesduizend jaar wereldgeschiedenis, een tijd van werken
en voorbereiden, een tijd waarin de wereldmachten hebben bewezen vijandig te
zijn tegen God. Zesduizend jaar van corruptie en wetteloosheid zal gevolgd
worden door een periode van gerechtigheid en waarheid als Christus zal regeren.
Dan zullen alle dingen worden hersteld. Toch zal ook aan deze zevende dag van
duizend jaren een einde komen om over te gaan in de achtste dag van volmaakte
goedheid.
Lezen we nog een gedeelte uit Micha 4 dat we ook vinden in
Jesaja 2: ‘Maar in het laatste der dagen zal het geschieden, dat de berg van
het huis des HEEREN zal vastgesteld zijn op den top der bergen; en hij zal
verheven zijn boven de heuvelen, en de volken zullen tot hem toevloeien. En
vele heidenen zullen henengaan, en zeggen: Komt en laat ons opgaan tot den berg
des HEEREN, en ten huize van den God Jakobs, opdat Hij ons lere van Zijn wegen,
en wij in Zijn paden wandelen; want uit Sion zal de wet uitgaan, en des HEEREN
woord uit Jeruzalem. En Hij zal onder grote volken richten, en machtige
heidenen straffen, tot verre toe; en zij zullen hun zwaarden slaan tot spaden,
en hun spiesen tot sikkelen; het ene volk zal tegen het andere volk geen zwaard
opheffen, en zij zullen den krijg niet meer leren. Maar zij zullen zitten, een
ieder onder zijn wijnstok, en onder zijn vijgeboom, en er zal niemand zijn, die
ze verschrikke; want de mond des HEEREN der heirscharen heeft het gesproken.
Want alle volken zullen wandelen, elk in den naam zijns gods; maar wij zullen
wandelen in den Naam des HEEREN, onzes Gods, eeuwiglijk en altoos, Micha
5:1-5.'(Zie ook Jesaja 2:1-5)
Geve
God u en mij een verlangen om de profetieën te onderzoeken met daarbij licht en
onderscheid om te verstaan wat de Geest ons wil leren. Wanneer we het boek
Openbaring onderzoeken dan zien we dat voordat deze 1000 jaren van Gods
regering zullen aanbreken er een tijd van grote benauwdheid zal zijn. Zullen
wij de beproeving doorstaan? Kom, laten wij ons hoofd omhoogheffen, ons in
Christus Jezus verblijden als het Lam voor ons geslacht en onder leiding van de
Heilige Geest Zijn Koninkrijk verwachten. Hij komt, Hij komt om de aarde te
richten… Amen.
Wilco Vos Veenendaal 19-05-2020