De leugen rond Bethel en Pniel
‘Een iegelijk die gelooft dat Jezus is de Christus, die is uit God geboren; en een iegelijk die liefheeft Dengene Die geboren heeft, die heeft ook lief dengene die uit Hem geboren is, 1 Joh. 5:1.’
Het eenvoudige geloof dat Jezus Christus de Zaligmaker der wereld is, is niets anders dan vertrouwen dat Hij voor al mijn zonden betaald heeft door Zijn lijden en sterven. Dat Hij is opgestaan en dat ik in Zijn dood en opstanding, rechtvaardig voor God ben. Het geloof zegt: Hij betaalde mijn schuld, Hij droeg de straf en Zijn rechtvaardigheid en heiligheid wordt mij toegerekend en dat alles uit genade. Het geloof weet dat Christus alleen onze verzoening is en dat wij door Hem een vrijmoedige toegang hebben tot onze Hemelse Vader. Het geloof is niet bang voor het oordeel maar verlangt naar de komst van Jezus, Hij maakt alle dingen nieuw. Het geloof ziet dwars door alles heen op het voorwerp van het geloof en dat is Jezus. In Hem is de gelovige meer dan overwinnaar en als God voor ons is, wie zal dan tegen ons zijn?
‘De Heere vertraagt de belofte niet (gelijk enigen dat traagheid achten), maar is lankmoedig over ons, niet willende dat enigen verloren gaan, maar dat zij allen tot bekering komen, 2 Petr. 3:9.’ Daartegenover is er één die niet wil dat er ook maar iemand tot geloof in de Heere Jezus komt. Het is de duivel en hij heeft alles in het werk gesteld om de mensen buiten de verzoening in Christus bloed te houden. De wereld lijkt een speeltuin en de duivel stelt de zonden voor als iets heerlijks, iets moois en iets dat we zeker niet kunnen missen. Miljoenen leven zich uit in de zonden en vragen zich niet af hoe zij dit alles ooit zullen kunnen verantwoorden aan God, omdat zij eenvoudigweg niet geloven in God. Miljoenen anderen geloven wel in het bestaan van God maar toch doen zij wat zij zelf willen. Weer anderen zijn opgevoed in een omgeving waar de Bijbel werd gelezen, zij hebben gehoord dat er een Zaligmaker is, Die zondaren redt. Zij zoeken de vergeving van zonden niet in deze Jezus omdat zij er geen behoefte aan hebben. Anderen kunnen soms ernstig nadenken over de dood en de eeuwigheid, zij weten dat er een hel is die straks de zondaren zal ontvangen. Zij weten dat God de zondaren oproept zich te bekeren maar ach, het leven met Jezus lijkt hen een moeilijk leven. Wie weet komt er nog eens een tijd… ach voor hoe velen is die tijd er nooit gekomen. Weer anderen zijn zo verhard geworden dat het Woord geen enkele indruk meer maakt.
Ik moet denken aan die twee jonge meiden die ik van de week op straat aansprak. Toen ik hen vroeg naar het bestaan van God, gaven zij aan dat zij iedere zondag naar de kerk gaan. Op mijn vraag of zij konden sterven, gaven zij lachend het antwoord dat zij naar de hel zouden gaan. Zestien jaar opgegroeid in een kerkelijke sfeer en nu op zoek naar het leven in de wereld. Eén van hen gaf aan dat ze iedere zondag in de kerk meelas met haar eigen prekenboek op schoot. Maar, straks als ze 18 is, maakt ze haar eigen keus. Hoe kon zij zich nu bekeren als God haar niet heeft uitverkoren? Al dat trieste gedoe en dat gezeur over van alles en nog wat… Welk gedeelte uit de Bijbel ik ook met hen besprak, zij geloven dat zij moeten wachten op God. Zolang Hij niet komt, kunnen wij verder niets anders doen dan naar de kerk gaan, bidden en lezen. Voor hen was het echt belangrijk van welke kerk ik ben, want er zijn zoveel verschillende geloven…..
Lieve mensen, ik schrijf dit niet om slecht over mensen te spreken, mijn hart huilt. Iedere keer opnieuw ontmoet ik mensen die zo verstrikt zitten in dit duivelse denksysteem. In hun denken weten zij dat zij verloren gaan om eigen schuld, vaak hebben zij horen spreken over de verschrikkingen van de hel en tegelijk zijn zij hopeloos overgeleverd aan een God, Die misschien ooit ingrijpt in hun leven. Is het vreemd dat zij liever uitgaan, schoppen tegen alle regels, geen enkel verlangen hebben naar een levende relatie met de Heere en ondertussen toch alle andersdenkenden veroordelen? Het is hun voorgeleefd, ze hebben niet geleerd om zelf te denken en hebben nog nooit de Bijbel gelezen als de liefdesbrief van God de Vader.
Vrienden, ik veroordeel deze mensen niet, het is mijn hartelijke verlangen dat zij ooit tot inzicht komen dat God, de Rechtvaardige, Heilige en Onveranderlijke, Zichzelf geopenbaard heeft in Zijn liefde door Zijn Zoon te schenken. Hij roept zondaren tot bekering en allen die Hem gehoorzamen, geeft Hij het eeuwige leven. Geloven wij dat? Ook ik heb verstrikt gezeten in de strikken van het verwrongen denken. Ik was nog jong en moest sterven, ik zocht God, ik wilde niet langer zondigen maar hoe scheurde mijn hart van verdriet, wanhoop en onmacht als ik bedacht dat God mij misschien helemaal niet lief had. De boze maakte mij wijs dat God het veel te druk had en mij vast niet hoorde. Hij liet mij steeds zien hoeveel ik gezondigd had en hoe kon ik als zondaar nu ooit door God gehoord worden? Ik las de Bijbel, soms kreeg ik hoop maar de mensen om mij heen sloegen de hoop de grond in, omdat het alles toch wel heel wat ingewikkelder in elkaar stak dan ik dacht. Satan ging rond als een briesende leeuw en zocht mij te verslinden, de wanhoop drong mij richting de dood en de hel maar o wonder van Gods oneindige genade, ik mocht het leven vinden in Jezus Christus, Hij ging in mijn plaats, met mijn zonden beladen, de smartelijke weg van lijden en sterven. Hoe zalig de rust en de vrede die ik mocht vinden in Zijn alles reinigende bloed. Het was niet mijn werken, niet mijn bidden en mijn vele kerkbezoek, het was het eenvoudig gelovig rusten in dat wat Christus voor mij heeft gedaan. ‘Die in den Zoon gelooft, die heeft het eeuwige leven; maar die den Zoon ongehoorzaam is, die zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem, Joh. 3:36.’ Is het een wonder dat ik niemand anders meer wil verheerlijken dan deze Jezus? Hij alleen komt toe alle eer, lof en aanbidding.
Is het een wonder dat ik verdrietig wordt als ik zie dat mensen diezelfde weg moeten gaan als waarin ik jaren geleefd heb? Ik heb zo ontzettend veel gehuild bij het zien van mijn zonden, het ervaren van de grote kloof tussen God en mijn ziel. Ik riep God om ontferming en zocht in Zijn Woord. Op een keer las ik de geschiedenis van Jakob bij Bethel. Jakob ontmoet de HEERE, de God van het Verbond, als hij een ladder ziet van de hemel tot de aarde, komt God terug op Zijn belofte gedaan aan Abraham en Izak. Hij spreekt: ‘Ik ben met u, en Ik zal u behoeden overal waar gij heentrekken zult..’ Jakob is vol vrees en verwondering, Hij heeft God ontmoet en zegt: Dit is niet dan een huis Gods, en dit is de poort des hemels. Wat een diepe indruk maakte deze geschiedenis op mij, wat riep ik tot de Heere of Hij ook tot mij wilde spreken. Maar ach die week ontmoette ik iemand die mij zei dat er tussen Bethel en Pniël wel twintig jaren lag. Bij Bethel kreeg Jakob een oogje buiten zichzelf en na Pniël stond hij pas achter de zaak. O wat een wanhoop overviel mij, hoe kon ik nog twintig jaar leven tussen hoop en vrees? Waarom liet God Jakob dan twintig jaar leven zonder de zekerheid van zijn behoud? De dominee preekte: “Jakob had daar bij Bethel een belovend God leren kennen maar heeft nog twintig jaar moeten wachten voor hij bij de Jabbok kwam en een vervullend God mocht omhelzen. Bij Bethel was hij zo verrast, hij had daar in plaats van de hel, een deur in de hemel gezien. Hij stond er nog voor en was er niet door maar o wat was dit al groot. Na twintig jaar werd bij Pniël zijn schuld verzoend en is zijn ziel gered. Daar kreeg hij God tot zijn deel en is zijn gemis vervuld.”
Lieve vrienden, deze preek was voor mij geen bemoediging maar een zetje in de rug om te wanhopen aan mijn behoud. Ook vandaag zijn er nog velen die in deze strikken gevangen zitten. Wie van onze jonge mensen zal verlangen naar zo’n God? Het probleem is dat de mensen het Woord van God verdraaid hebben en daardoor heeft de duivel zijn zin. Dit soort preken zijn geen aanmoediging om tot Jezus te gaan maar een belemmering. De eenvoudige Bijbelse geschiedenissen waarin wij Gods handelen zo heerlijk verwoord zien, worden verdraait om mensen bij Jezus vandaan te houden. De geschiedenis van Jakob wordt dan een heilsorde. Jakob was bij Bethel wel bekeerd maar werd bij Pniël pas gerechtvaardigd. Ruth was wel bekeerd toen zij uit Moab trok maar pas in de poort bij Boaz gerechtvaardigd. Zelfs het leven van Jezus wordt vergeestelijkt tot een orde van het heil. Het moet in ons leven eerst Kerst worden, dan goede vrijdag en Pasen en wie weet wordt het ook ooit Pinksteren en wordt de Heilige Geest uitgestort in het hart. Het heidense denken is zo ver door gedrongen dat zelfs de grootste genade nog wordt omgezet tot een val en strik. Zij die gebukt gaan onder de druk van hun zonden en niet weten hoe zij zalig moeten worden, worden wel de bekommerden genoemd. Deze staan nog voor de zaak maar hebben wel een hoopje. Zij die alles in de Heere Jezus hebben gevonden en mogen weten gerechtvaardigd te zijn, worden verketterd, omdat de zekerheid iets verdachts is. “Beter een natte bekommering dan een droge rechtvaardigmaking”, zo wordt er dan gezegd. De tranen van de bekommerde zijn meer waard dan het geloof van de gerechtvaardigde. Hoe verschrikkelijk! Men heeft niet in de gaten dat men met al die bekommerde tranen het vuur van de hel niet uit kan blussen. Jezus is de Verlosser en in Hem is een volle zaligheid voor een ieder die tot Hem komt. Dat weet de duivel en daarom verstrikt hij de zogenaamde leiders net als in de dagen van Jezus. De Farizeeërs en de Schriftgeleerden hielden de mensen bij Jezus vandaan terwijl zij moesten bukken onder hun wetten. Genoeg over dit verschrikkelijke.
Lieve vrienden, broeders en zusters, als u door genade mag weten verzoend te zijn in Christus Jezus onze Heere en Heiland. Bid dan voor deze voorgangers, bid voor de mensen die gevangen zitten opdat zij zich mogen bekeren tot de levende God. Bid dat er in Nederland een nieuwe opwekking mag plaatsvinden waar Jezus Christus en Dien gekruisigd centraal mag staan. Er is overvloeiende genade voor de grootste zondaren in het alles reinigende bloed van Jezus en daarom moet Zijn Naam gepredikt worden.
De Bijbel is zo eenvoudig. Geloof in de Heere Jezus en gij zult zalig worden (Hand. 16:31). Wat is een zaligheid zonder Jezus, wat is een zaligheid zonder rechtvaardigheid en heiligheid? De wedergeboorte is niet los te koppelen van geloof, ook niet van de rechtvaardigmaking en de heiligmaking. De Heere Jezus waarschuwt ons voor de valse profeten voor de wolven in schaapskleren. Hij waarschuwt dat de vrucht ons openbaar maakt en dan moeten wij eens denken aan de vruchten van de Geest. ‘Maar de vrucht des Geestes is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, goedertierenheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, matigheid, Gal. 5:22.’ Als deze vruchten er niet zijn, dan zullen wij straks verbranden. Niet iedereen die Heere, Heere roept zal ingaan maar zij die doen de wil van de hemelse Vader. Zij die wetteloos leven zullen straks voor Gods Rechterstoel te horen krijgen: “Gaat weg van Mij.” Wij worden door de Heere Jezus opgeroepen om als een voorzichtige bouwer ons huis te bouwen op de steenrots. Wij moeten Zijn woorden horen en doen (Matth. 7).
Het is niet belangrijk wat mensen zeggen maar dat wat Gods Woord ons leert, daaraan moeten wij alles toetsen. Denk aan de Tollenaar, hij stond achter in de tempel en riep: “O God, wees mij de zondaar genadig.” Dit eenvoudige gebed met heel zijn hart gebeden, was voor God genoeg. Jezus zegt dat deze man gerechtvaardigd naar huis ging (Luk. 18:14). Hier was geloof in God, de smeekbede om verzoening en de gerechtigheid en de heiligheid waren zijn deel.
‘Wij besluiten dan dat de mens door het geloof gerechtvaardigd wordt, zonder de werken der wet, Rom. 3:28.’ Het is eenvoudig het geloven dat ons deelgenoot maakt van heel de zaligheid. Op het moment dat we gelovig het offer van de Heere Jezus aanvaarden wordt Zijn gerechtigheid de onze. Het is als het ware sterven aan onszelf om te leven in en door Hem. Het is een streep door onszelf, door onze eigen inzichten, verlangens en ervaringen om alleen uit en door genade te leven. Misschien kent u zo’n moment van overgave niet zo nadrukkelijk en bent u bezorgt of u wel echt wedergeboren bent. Waar gaat uw hart naar uit? Is Jezus het middelpunt van uw verlangen, is Hij het leven voor uw ziel? Zou u nog één dag kunnen leven zonder deze Zaligmaker, Die de dood is ingegaan voor onze zonden? Lieve vrienden, als u Jezus hartelijk liefhebt en gelooft dat Hij uw Zaligmaker is dan bent u wedergeboren. Uw leven gaat naar Hem uit en u wilt wandelen zoals Hij gewandeld heeft. Jezus is Uw vrede, Hij is uw rechtvaardigheid. ‘Wij dan gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God door onzen Heere Jezus Christus, Rom. 5:1.’ Voor sommigen is het duidelijker, zij hebben in de zonde van onreinheid, overspel, afgodendienst, gierigheid of dronkenschap, geleefd of als spotters of dieven. Nu schittert Gods genade in hun leven. ‘En dit waart gij sommigen (onrechtvaardigen); maar gij zijt afgewassen, maar gij zijt geheiligd, maar gij zijt gerechtvaardigd in den Naam van den Heere Jezus en door den Geest onzes Gods, 1 Kor. 6:11.’
Door het eenvoudige geloof wordt een zondaar gewassen en gereinigd ja heilig en rechtvaardig, dat is wat het Woord ons leert. Als Petrus in Handelingen 10 predikt dan verkondigt Hij Jezus Christus en dien gekruisigd. De van God Gezalfde, Hij die genas en de duivelen uitwierp. Hij die wonderen deed en niets dan goed, Hij werd genomen en aan het kruis gehangen. Hij is opgestaan en Hij is het die straks als Rechter de levenden en de doden zal oordelen. ‘Dezen geven getuigenis al de profeten, dat een iegelijk die in Hem gelooft, vergeving der zonden ontvangen zal door Zijn Naam, Hand. 10:43.’
‘God dan de tijden der onwetendheid overgezien hebbende, verkondigt nu allen mensen alom dat zij zich bekeren; Daarom dat Hij een dag gesteld heeft, op welken Hij den aardbodem rechtvaardiglijk zal oordelen door een Man Dien Hij daartoe geordineerd heeft, verzekering daarvan doende aan allen, dewijl Hij Hem uit de doden opgewekt heeft, Hand. 17:30,31.’ Alle mensen worden opgeroepen zich te bekeren opdat zij het leven zouden vinden buiten zichzelf in Jezus, de opgestane Levensvorst. ‘..indien gij met uw mond zult belijden den Heere Jezus, en met uw hart geloven dat Hem God uit de doden opgewekt heeft, zo zult gij zalig worden. Want met het hart gelooft men ter rechtvaardigheid, en met den mond belijdt men ter zaligheid. Want de Schrift zegt: Een iegelijk die in Hem gelooft, die zal niet beschaamd worden, Rom. 10:9-11.’ Daarom is het van levensbelang dat deze Naam gepredikt wordt, opdat mensen ontdekken dat er buiten Jezus geen zaligheid is en zij zich in het geloof kunnen overgeven tot heil van hun ziel. ‘Zo is dan het geloof uit het gehoor, en het gehoor door het Woord Gods, Rom. 10:17.’
Het Woord leert dus geen tussenstap tussen geloven en rechtvaardigmaking. Het is geloven en omhelzen, sterven en leven, gereinigd worden en de rechtvaardigheid en heiligheid ontvangen om te wandelen zoals Hij gewandeld heeft. In het wandelen in gemeenschap met God, leren wij van dag tot dag en de bijzondere ervaringen zijn geen grond of toevoeging maar onderdeel van een levend geloofsleven. Het is belangrijk dat wij ons funderen op het Woord en groeien in de genade en kennis van Hem die ons liefheeft. ‘Maar wast op in de genade en kennis van onzen Heere en Zaligmaker Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid, beide nu en in den dag der eeuwigheid. Amen, 2 Petr. 3:18.’
Jezus leeft, Hij overwon!
Wie kan ooit zijn roem verkonden?
Al wat mij verschrikken kon
ligt in Jezus’ graf verslonden.
Ja, Hij leeft, ik sterf niet meer,
want mijn leven is de Heer.
Jezus leeft, Hij leeft voor mij!
Nooit zal ik verlaten wezen.
Jezus staat mij steeds ter zij;
waarvoor zou ik dan nog vrezen?
Schoon de vijand mij omgeeft,
dit staat vast: mijn Jezus leeft.
U, gekroond na bange strijd,
hebt de hemel ingenomen.
O, mijn hart smacht naar de tijd,
dat ik daar bij U zal komen,
om te leven in het licht
van uw Godd’lijk aangezicht.
Wilco Vos Veenendaal 14-04-2015