De vreze des HEEREN
‘HALLELUJAH, Welgelukzalig is de man die den HEERE vreest, die groten lust heeft in Zijn geboden, Psalm 112:1.’
Uit dit vers blijkt heel duidelijk dat het vreze van de Heere niet een bepaalde angst uitdrukt. Zij die de Heere vrezen worden hier welgelukzalig geprezen. Zij die de Heere vrezen, hebben grote lust in Zijn geboden. ‘Want dit is de liefde Gods, dat wij Zijn geboden bewaren; en Zijn geboden zijn niet zwaar, 1 Joh. 5:3.’
Tegelijk moeten we dan opmerken dat de vreze des Heeren niet is los te koppelen van de zaligheid. Iemand die niet zalig is, kent de vreze des Heeren niet. Wel zijn er veel mensen die een diep ontzag hebben voor God. Zij geloven dat Hij de Schepper is van hemel en aarde en dat Hij nog ieder dag voor ons zorgt. Een bepaalde vrees overvalt hen als zij bedenken dat zij zondigen en dat God hierover toornt. De vrees die zij kennen is niet anders dan een slaafse vrees zoals ook zij die geloven in Allah of Boeddha. Zij zetten zich in om goed te doen maar de vreze des Heeren zoals wij die in de Bijbel vinden kennen zij niet.
Wat is dan wel de vreze des Heere? Het is die stille aanbidding, in een heilige verwondering dat God in Christus Jezus alle zonde heeft verzoend. Dit maakt dat zij die dit doorleven, in ootmoed opzien naar hun God en Heiland. Zij kunnen niet bevatten waarom God hen in Zijn liefde opzocht. In zichzelf kunnen zij geen één reden vinden waarom God juist aan hen Zijn liefde betoond. Hun hart is vervult met zoveel liefde tot God dat zij wensen nooit meer en zonde te doen. De vreze des Heere geeft hen het besef van eigen nietigheid met daartegenover Gods oneindige grootheid, rechtvaardigheid, heiligheid en majesteit.
Het leven in de vreze des Heeren, is een leven dat zich geheel afhankelijk weet van God. Zoals God ons in Zijn Woord leert, ‘Zonder Mij kunt gij niets doen, Joh. 15:5.’ Het weet zich geborgen en verankerd in Gods liefde. Zijn genade zocht mij en Zijn genade houd mij vast. Het is het Woord van God dat alleen mij troosten kan in momenten van verdriet. Het is het Woord van God dat mij laat zien wie Christus is en wat Hij voor mij deed. Daarin ontdek ik wie God is en hoe Hij wil dat ik leven zal. Daarin vinden we de waarheid dat als we alle wijsheid bevatten terwijl we de liefde moeten missen, dan zijn we een luidende schel en een klinkend metaal (1 Kor. 13). De liefde tot God en onze naaste is het kenmerk van het ware leven (Mark. 12:30). En de echte wijsheid wordt gevonden in hen die in de vreze des Heeren leven. ‘De vreze des HEEREN is het beginsel der wetenschap; de dwazen verachten wijsheid en tucht, Spr. 1:7.’
De vreze des Heeren gaat samen met een heilig respect en een ootmoedige houding. We leven met elkaar in een tijd waarin een vader niet meer voldoet aan het beeld zoals dat geweest is. Hoe het komt zo komt het maar het lijkt erop alsof de vaders luisteren naar de kinderen. De kinderen hebben een grote mond en worden niet meer gestraft. En tegelijk zien we om ons heen dat dit verwrongen vader beeld ook wordt toegepast op God. God de Vader is een liefhebbend Vader, we spreken over Zijn genade en Zijn goedheid. Maar waar is Zijn eer? ‘Een zoon zal den vader eren en een knecht zijn heer; ben Ik dan een Vader, waar is Mijn eer? En ben Ik een Heere, waar is Mijn vreze? zegt de HEERE der heirscharen tot u, o priesters, verachters Mijns Naams. Maar gij zegt: Waarmede verachten wij Uw Naam, Maleachi 1:6.’ Soms vraag je je af of men nog wel beseft wie God werkelijk is. Aan de ene kant ontmoet je mensen die spreken over God alsof het je buurman is en aan de andere kant ontmoet je mensen die spreken over een toornend God, waarvan je nooit zeker kunt weten of Hij je goedgezind is. Om het met Gods Woord te zeggen. ‘Maar de natuurlijke mens begrijpt niet de dingen die des Geestes Gods zijn; want zij zijn hem dwaasheid, en hij kan ze niet verstaan, omdat zij geestelijk onderscheiden worden, 1 Kor. 2:14.’
Lieve vrienden het is net zo moeilijk of onmogelijk om iemand te overtuigen die probeert door eigen werken zalig te worden, als hen die menen dat God hun vriendje is. Alleen Goddelijke genade redt ons van de dood en schenkt ons het eeuwige leven. Niet door een wettisch leven van doen en laten en het proberen bij God in een goed blaadje te komen. Maar ook niet het leven in de wereld van het hier en nu in de zogenaamde christelijke worship muziek met alle varianten, van trance, dance, techno en rock. Hoe kunt u zich een kind van God noemen terwijl u de goden van deze wereld dient? Wat is het verschil in de techno van satan en die van hen die zich christelijk noemen. Wat is het verschil tussen de worship (aanbidding) muziek van de duivel en die van de oppervlakkige christenen? Het is niet mijn bedoeling om af te geven op al deze mensen, maar beseffen wij nog wat de vreze des Heeren is? Als u uw kinderen leert dat Jezus een soort superman is, beseft u dan wel wie Hij werkelijk is?
Onze Heere Jezus Christus moest naar Golgotha om gekruisigd te worden. Daar moest Hij lijden en sterven opdat wij verlost zouden worden van schuld en zonden. Het zijn juist de zonden die Hem doorwonden. Zouden wij dan nog één moment vrijwillig de wereld kunnen dienen? ‘Hoe lang hinkt gij op twee gedachten? Zo de HEERE God is, volgt Hem na, en zo het Baäl is, volgt hem na, 1 Kon. 18:21b.’ Kinderen van God, lieve broeders en zusters, hoe heerlijk is Zijn Naam. Laten wij Hem lofprijzen met hart en mond. Als wij leven in de vreze des Heeren dan weten wij wat het is om gebroken te worden, dan weten wij wat het is om in de eenzaamheid ons hart uit te storten voor Hem die ons lief heeft. Dan weten wij ook dat juist in die momenten de troostvolle liefde van God ons vervult. En in die vreze des Heeren onderscheiden we ook de geesten of ze uit God zijn. Niet door ons eigen inzicht maar omdat Gods Geest in ons woont en onze wijsheid is.
‘Trekt niet een ander juk aan met de ongelovigen; want wat mededeel heeft de gerechtigheid met de ongerechtigheid, en wat gemeenschap heeft het licht met de duisternis? En wat samenstemming heeft Christus met Bélial, of wat deel heeft de gelovige met den ongelovige? Of wat samenvoeging heeft de tempel Gods met de afgoden? Want gij zijt de tempel des levenden Gods, gelijkerwijs God gezegd heeft: Ik zal in hen wonen en Ik zal onder hen wandelen, en Ik zal hun God zijn, en zij zullen Mij een volk zijn. Daarom, gaat uit het midden van hen en scheidt u af, zegt de Heere, en raakt niet aan hetgeen onrein is, en Ik zal ulieden aannemen. En Ik zal u tot een Vader zijn, en gij zult Mij tot zonen en dochteren zijn, zegt de Heere, de Almachtige, 2 Kor. 6:14-18.’
Broeders en zusters, wij die weten wat het is te mogen leven door de opstandingskracht van Christus, laat het ons gebed zijn om Zijn licht te mogen verspreiden. Laten wij geen halve waarheid spreken als wij het hebben over Gods genade. Wij zondigen niet goedkoop. God kan geen gemeenschap hebben met de zonde. Hij haat de zonde. God de Vader moest Zijn geliefde Zoon overgeven tot in de dood, omdat er geen andere weg was om onze zonden weg te nemen. Ja Christus liet Zich vrijwillig tot zonde maken. O, hoe verschrikkelijk is de zonde. Laten wij onszelf reinigen (2 Kor. 7:1).
Als u uw vermaak nog zoekt in de wereld, hoe u dit dan ook invult, besef dan dat u speelt met vuur. De Bijbel heeft niets goeds te melden over hen die wel gehoord hebben van het Evangelie en zichzelf voor een tijd hebben afgezonderd van de wereld maar weer terugkeren naar de wereld. ‘Want indien zij, nadat zij door de kennis van den Heere en Zaligmaker Jezus Christus de besmettingen der wereld ontvloden zijn, en in dezelve wederom ingewikkeld zijnde, van dezelve overwonnen worden, zo is hun het laatste erger geworden dan het eerste, 2 Petr. 2:20.’
Ik voor mij geloof dat een christen er goed aan doet om niet te vragen hoe ver wij met de wereld mee kunnen gaan maar te leven ver bij de wereld vandaan. Satan sust de wereld in slaap met het enige doel, ze allen in de hel te slepen. Laten wij dan niet spelen met dit helse vuur, ook niet met de vonken of de warmte. Christus is het ware Licht. Christus alleen kan ons hart verwarmen. Hij gaf Zijn bloed tot prijs voor onze zielen, laat ons voor Hem knielen. ‘Niemand kan twee heren dienen; want of hij zal den enen haten en den anderen liefhebben, of hij zal den enen aanhangen en den anderen verachten; gij kunt niet God dienen en den Mammon, Matth. 6:24.’
‘Want het Woord Gods is levend en krachtig, en scherpsnijdender dan enig tweesnijdend zwaard, en gaat door tot de verdeling der ziel en des geestes, en der samenvoegselen en des mergs, en is een oordeler der gedachten en der overleggingen des harten, Hebr. 4:12.’ Of we nu willen of niet, het Woord van God scheidt af wat niet bij elkaar hoort. Wij mogen niet proberen de vriendschap met de wereld in stand te houden, dit zal hoe dan ook ten koste gaan van ons geestelijk leven. Het leven in de vreze des Heeren schenkt ons een stil en gerust leven in Zijn gemeenschap, we zullen vrienden verliezen maar broeders en zusters ontmoeten waarmee we één van hart en één van geest zijn. Samen mogen we ons verblijden in het bloed van het Lam. Zij zullen ons vertroosten in de moeilijke momenten waarbij zij ons altijd wijzen op Hem die alleen ons helpen kan. En samen mogen we opmerkzaam zijn en waken voor het kwaad. ‘De vreze des HEEREN is een springader des levens, om af te wijken van de strikken des doods, Spr. 14:27.’
We hoeven niet te proberen een gemeente in stand te houden door concessies te doen, als het gaat om de Bijbelse waarheid en het leven in de vreze des Heeren mogen wij geen water bij de wijn doen. God Zelf staat in voor Zijn werk. Hij houdt bij elkaar wat bij elkaar hoort. Zoals we dat zagen in de eerste christengemeenten. ‘De gemeenten dan door geheel Judéa en Galiléa en Samaría hadden vrede, en werden gesticht; en wandelende in de vreze des Heeren en de vertroosting des Heiligen Geestes, werden vermenigvuldigd, Hand. 9:31.’ Als wij proberen om de wereld in de gemeente te lokken zullen we moeten constateren dat de Geest en de vreze des Heeren verdwijnt. Misschien zegt u, de Geest woont toch in de christen? Ja dat is waar maar worden wij niet gewaarschuwd de geest niet uit te blussen? ‘Blust den Geest niet uit, 1 Thess. 5:19.’
Als wij leven in de vreze des Heeren, dan mogen wij onze eigen wil onderwerpen aan Gods leiding. We weten dan dat we door onze eigen werken niet konden zalig worden maar dat alleen genade ons heeft gered. Ook daarna leren we steeds meer in te zien, dat onze eigen wil zo tegenovergesteld is aan Gods wil. Wat een genade als we iedere dag onze eigen wil mogen opofferen en ons leven mogen overgeven in Zijn Vaderlijke hand. Wat een geborgenheid in Vaders ontferming. ‘Gelijk zich een vader ontfermt over de kinderen, ontfermt Zich de HEERE over degenen die Hem vrezen, Ps. 103:13.’ De gedachte aan onze hemelse Vader vervult ons hart met liefde, Zijn trouw is iedere morgen nieuw. Bij Hem zijn wij veilig en met een heilig respect en een diepe ootmoed worden we vervult als we denken dat Hij ons zo lief heeft, dat Hij Zijn enig geboren Zoon overgaf tot in de dood, om ons weer aan te kunnen nemen tot Zijn kind. Hem te eren met hart en mond dat is ons verlangen. Heel de wereld moet het weten, dat God niet veranderd is.
Lieve vrienden, als u deze vreze nog niet kent, dan mag ik u vandaag de weg wijzen tot het ware leven. God zelf nodigt u te komen. ‘Wendt u naar Mij toe, wordt behouden, alle gij einden der aarde; want Ik ben God en niemand meer, Jes. 45:2.’ Christus is gekomen en heeft de volle prijs betaald. Hij stierf op Golgotha opdat u het leven in Hem zou vinden. ‘Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven. Neemt Mijn juk op u, en leert van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en gij zult rust vinden voor uw zielen. Want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht, Matth. 11:28-30.’ Hij zal u verlossen van uw zonden en het harde juk van de wereld van u nemen. Hij zal uw hart vervullen met een liefde die alles te boven gaat. Kom ga tot Hem en laat u zaligen.
Lieve broeders en zusters, u die de vreze des Heeren kent, dankt God en maakt Hem groot. ‘Zo doet dan aan, als uitverkorenen Gods, heiligen en beminden, de innerlijke bewegingen der barmhartigheid, goedertierenheid, ootmoedigheid, zachtmoedigheid, lankmoedigheid; Verdragende elkander en vergevende de een den ander, zo iemand tegen iemand enige klacht heeft; gelijkerwijs als Christus u vergeven heeft, doet ook gij alzo, Kol. 3:12,13.’ Nog even, en we zullen altijd bij Hem zijn. Amen.