Een minder bekende boodschap van Jezus (deel 1)
“Die gezond zijn hebben den medicijnmeester niet van node, maar die ziek zijn. Doch gaat heen en leert, wat het zij: Ik wil barmhartigheid, en niet offerande; want Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen, maar zondaars tot bekering, Matth. 9:12,13.”
Wat een bijzondere dag moet het voor Levi de tollenaar zijn geweest. Daar zat hij in zijn tolhuis, zijn dagelijks werk bestond uit het innen van tol. De tollenaren stonden niet bekent als vrienden van de mensen. Naast de verplicht te betalen tol, maakten deze tollenaren het leven van de mensen vaak onnodig lastig, door controles van bagage en het innen van te hoge heffingen. Terwijl de mensen deze Levi waarschijnlijk liever niet aankeken en hem maar al te graag ontweken, was daar Jezus. Zijn ogen ontmoetten die van Levi en in plaats van afschuw of afkeuring lag daar liefde in, liefde, die het hart van Levi verbrak toen hij uit de mond van Jezus de woorden; “Volg Mij” hoorde. Geen tolhuis, geen geld of goed kon Levi meer binden, hij liet alles achter en volgde Jezus. In gedachten verplaatsen we ons naar het huis van Levi, het huis waar eens een zondige tollenaar woonde zat nu vol met zondaren en tollenaren en daar zien we Jezus, de Zaligmaker van deze wereld. Wat en diepe vrede, wat een geluk heeft het hart van Levi vervuld. Levi, die wij beter kennen als Mattheüs de discipel van Jezus en schrijver van het evangelie van Mattheüs, heeft niet zoveel woorden besteed aan zijn bekeringsgeschiedenis. Wat doet het er ook toe hoe hij leefde, en wie zal kunnen omschrijven wat er in zijn hart is omgegaan op het moment van zijn roeping? Is het niet Christus en Zijn liefde die schittert in die paar eenvoudige woorden die hij beschrijft? Ik kan er zo van genieten hoe heerlijk eenvoudig, diep en vol leven het Woord van God is. Het draait alles om Christus en dat wat Hij deed. Het hele woord is een lofzang aan God.
Vroeger las ik veel bekeringsgeschiedenissen, ik zocht naar vrede in mijn hart. Maar hoe ik ook las, hoe ik ook zocht, de bekeringen van anderen maakten mij ongelukkig en deden mij dwalen op een heilloos spoor. Ik zocht naar een bekering volgens een model dat ik las in boeken. Totdat ik alles mocht verliezen en mijzelf mocht overgeven aan de Heere Jezus, mijn Heiland en Zaligmaker. In Zijn genade mocht ik mijzelf verliezen, ik mag weten dat Zijn bloed mij heeft gereinigd van al mijn zonden. Net als Levi voel ik vandaag geen drang meer om mijn bekering breed uit te meten om daarmee iets te bewijzen, Jezus leeft en dat is voor mij genoeg. Zijn dood werd mijn leven en ik weet dat iedere zondaar die tot Hem komt, het eeuwig leven vindt. Hij gaf Zijn leven voor mij, daarom wil ik mijn leven slijten in Zijn dienst. Anderen vertellen van de liefde Gods, is alles wat ik nog wil. Ach, had ik daar maar gezeten aan tafel tussen al die zondaren, luisterend naar de stem van Jezus, dan had ik beter mijn tijd besteed dan mijzelf vermoeien met eindeloze bekeringsgeschiedenissen, die meer vertelden over de mens dan over het alles reinigende bloed van Jezus Christus. Wat ik nodig had was een Zaligmaker, Iemand die mij verlossen zou uit mijn ellendige toestand, de mensen, rabbi’s, farizeeërs en Schriftgeleerden, ze konden mij niet helpen, net zomin als dat zij Levi konden verlossen van zijn zonden. Levi kon niet geholpen worden met een rechte leer, een wandel naar de wet, lange gebeden of een zuivere preek. Nee, het eenvoudige Woord van Jezus; “Volg Mij”, was meer waard dan alle praat, daad en gewaad van hen die meenden de juiste weg te bewandelen maar de genade van Christus Jezus verachtte.
Lieve vrienden, wie u ook bent, wat u ook misdaan hebt. Laat uw zonden u niet verhinderen om te luisteren naar de dierbare stem van de Zaligmaker van deze wereld. Vandaag klinkt nog Zijn liefdevolle roepstem: ‘Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven, Matth. 11:28.’ Gelooft u dat Zijn Woord de waarheid is? Als u vandaag deze woorden leest, weet dan dat Hij u roept. U mag alles loslaten en Jezus volgen! Vrienden, laat u niet misleiden, alles wat er opgeworpen wordt tegen deze eenvoudige evangelieboodschap is leugen en bedrog. De farizeeër zal u wijsmaken dat u eerst moet leven naar de wet of dat u niet beseft hoe u Gods wet hebt overtreden. De Schriftgeleerde, zal u op een ingewikkelde manier onder de indruk brengen met waarheden die uiteindelijk zo geformuleerd worden dat zij uitlopen op uw eeuwige ondergang.
Luister maar naar hen die getrokken zijn uit de duisternis van hun zondige leven. Zij die zeggen; “vriend, er is buiten Jezus geen leven”. Zij weten waar zij rust vonden voor hun geweten. En weet u wat zo mooi is? Allemaal zijn zij op een unieke wijze tot het geloof in de Heere Jezus gekomen. Er zijn er die niet kunnen spreken van een bijzonder zondige weg, toch was hun hele leven leeg totdat zij Christus Jezus vonden als de Zaligmaker van hun zonden. Ja juist toen zij leerden wandelen in het Licht met Hem, ontdekten zij dat zij meer en meer bevrijd moesten worden van zondige denkbeelden, karaktereigenschappen en verkeerde lusten. Er zijn er die vastgezeten hebben in een wettisch systeem van denken, zij probeerden zichzelf op te knappen, maar hoe zij ook worstelden, zij zagen niets dan duisternis. Tot op die dag dat zij eindelijk hun vermoeide reis eindigden aan de voet van het kruis. Daar vond hun vermoeide ziel rust en mochten zij zeggen; “Jezus is mijn leven”. Anderen hebben geworsteld met verslavingen, de één aan de pornografie, de ander kon de drank niet laten staan, weer een ander was een slaaf van de drugs, hetzij de illegale of de legale verkrijgbaar op recept. Maar ach het was alles alleen maar beneveling en het verstoppen van de diepe leegte van het zondige bestaan. Hoe zouden de fles, de seksuele uitspattingen of de medicijnen de duisternis van de ziel kunnen verdrijven? Hoe groot is Gods onverdiende genade. Hij trok de zondaren uit de diepste duisternissen en zette hen over in het Koninkrijk van Zijn geliefde Zoon.
Broeders en zusters in onze geliefde Heere Jezus Christus, wat een vreugde om een kind van God te zijn. Wat een wonder van Gods genade, dat Hij ons heeft opgezocht, gered, ja gerechtvaardigd en geheiligd om deel te hebben aan de eeuwige heerlijkheid. Het bloed van Jezus kocht ons vrij, nu mogen wij wandelen in Zijn licht en de wereld bekend maken met Gods liefde. Kom, laten wij de kostbare tijd benutten om zondaren aan te sporen het leven te zoeken bij Jezus Christus en Dien gekruisigd. Laten wij ons de moed niet ontnemen als de mensen ons bespotten, slecht over ons spreken of ons verhinderen te getuigen van onze lieve Heiland. God Zelf zal voor ons strijden, Hij zal Zijn Woord bevestigen. Wij mogen zaaien, Hij zal zorgen voor de vrucht op dat werk wat wij in Zijn kracht en afhankelijkheid van de Heilige Geest mogen doen. Hebt goede moed, zie omhoog, verlies de moed niet als alles tegen lijkt te zitten. Wees niet ongeduldig als u bemerkt dat uw karakter nog niet is zoals u het zou willen zien. Geef alles maar uit handen en laat Christus uw kracht, uw vreugde en uw vrede zijn. Door te rusten in Zijn volbrachte werk, Zijn gemeenschap te genieten en Hem te verheerlijken in gedachten woorden en werken zult u bemerken dat uw leven gevormd wordt naar het beeld van uw Heiland. Het is God die in u werkt!
Ik weet dat de vrome mens, die meent veel kennis te bezitten, maar niet weet van het sterven aan zichzelf om te leven in Christus, vijandig reageert op deze boodschap. Maar ach, er is niets nieuws onder zon. Zo was het ook daar waar Jezus zat aan tafel bij Mattheüs. Hoe was het nu mogelijk dat Jezus wilde eten en drinken met zulke zondige mensen? Zij begrepen er niets van, nee zij zouden hun vingers niet branden aan zulk uitvaagsel van de maatschappij. Toch konden zij het niet laten om deze vraag te stellen aan de discipelen van Jezus. Wat moest Petrus nu antwoorden? Hoe kon hij nu verdedigen wat zijn Meester deed? Ik geloof dat de boze met zijn vuile leugens ook het hart van Petrus heeft willen laten twijfelen. Maar weet u wat zo mooi is? Jezus Zelf neemt het op voor de Zijnen. En als Hij spreekt, wie zal dan nog kunnen tegenspreken? “Die gezond zijn hebben den medicijnmeester niet van node, maar die ziek zijn. Doch gaat heen en leert, wat het zij: Ik wil barmhartigheid, en niet offerande; want Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen, maar zondaars tot bekering, Matth. 9:12,13.” Wat een scherpe boodschap. Jullie, vrome mensen, jullie menen alles toch zo goed te weten, jullie hebben toch het juiste zicht op Gods wet en jullie weten toch precies hoe God het wil hebben? Nu, dan hebben jullie Jezus niet nodig. Jezus is gekomen om te zoeken en zalig te maken dat wat verloren is. De zondaren, ja de hoeren en de tollenaren, die hebben niet zo’n hoge dunk van zichzelf. Zie je, Levi besefte wel dat hij met al zijn geld en goed de zaligheid niet kon verdienen, daarom liet hij alles achter om Christus Jezus te volgen. Vrienden, het is een wonder als er een hoer of een tollenaar, een drankverslaafde, een overspeler, dief of moordenaar tot geloof komt. Maar weet je wat nog een groter wonder is? Als er iemand tot geloof komt, die het best met zichzelf getroffen heeft. Te geloven als een kind, dat valt niet mee voor de geleerde man of vrouw. Maar God zij dank, bij Hem zijn alle dingen mogelijk. Vandaag klinkt nog Zijn stem: “Volg Mij”.
Barmhartigheid, dat is wat Jezus schenkt aan allen die gelovig tot Hem komen. Barmhartigheid dat is wat Hij wil zien in de levens van Hem die Hem liefhebben. En dat was nu juist de vinger op de zere plek. ‘Ik wil barmhartigheid, en niet offerande; want Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen, maar zondaars tot bekering.’ Deze vrome mensen schudden hun hoofden over Jezus, Hij at met hoeren en tollenaren. Ze zullen samen wel gesproken hebben hoe het toch mogelijk was, dat Hij zulke scherpe woorden, gegrond op de Thora, kon spreken en tegelijk zo kon leven in uitspattingen. Ze zullen elkaar gewaarschuwd hebben om toch vooral ver weg bij deze vraat en wijnzuiper te blijven. Ze hebben elkaar aangespoord om de mensen weg te houden bij deze Jezus. Nee, de mensen moesten maar gewoon blijven bij het al oude onderwijs. Wat een ergernis dat hun woorden en daden nu in twijfel werden getrokken door Jezus, hoe groeide de haat in de harten van deze vrome mensen. En dan klinken de woorden, ‘Ik wil barmhartigheid en niet offerande’. Offeren, ja daar waren zij goed in. Iedereen kon zien dat zij hun leven afgezonderd hadden voor God, maar, barmhartigheid, daar ontbrak het aan. Nee, zij konden niet begrijpen hoe Jezus Zich bezig kon houden met ruwe vissers en tollenaren. De Schriften, die moesten onderzocht worden en iedereen moest daarnaar leven. Maar beste vrome farizeeër, heeft u dan niet in de gaten dat die Schriften getuigen van de Christus? Heeft u dan niet in de gaten dat zij juist Gods liefdevolle genade laat schitteren in heel de offerdienst met al haar ceremoniën? Neem Christus uit de Schriften en het is maar een dode letter, ja zij getuigen van de genade die God bewijst aan allen die tot Hem komen. Zondaren zijn welkom, zij mogen komen zoals zij zijn en dan zal God hen maken tot vaten die Zijn Naam verheerlijken.
Blind voor deze Goddelijke liefde en ontferming, hebben de farizeeën en de Schriftgeleerden zich verhard en des te meer nadruk gelegd op de strenge navolging van hun uitleggingen en wettische wandel. Als we dit zo alles op ons laten inwerken, dan worden de woorden van Jezus bevestigd. ‘Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard, Matth. 10:34.’ Wat een onrust ontstond daar waar Hij kwam, sprak en handelde. Vandaag, lieve vrienden is dat niet anders. Als er vandaag een Levi tot geloof komt en gaat getuigen van Gods liefde, dan komt er onrust. Als er een Levi is die anderen aanspoort om het leven te zoeken bij Jezus, dan staan de farizeeën klaar om het getuigenis af te breken en duisternis te brengen daar waar Gods Licht ontstoken is. Daarom, lieve vrienden, Levi of hoe u ook heet, laat het Woord van God uw kracht zijn, laat het Woord van Christus rijk in u leven en u zult de vurige pijlen van de boze kunnen uitblussen met het schild van het geloof, ja de vijand neer slaan met het zwaard des Geestes. Neem steeds de toevlucht tot Hem en laat Zijn vrede uw harten vervullen. Vanuit Zijn liefde, Zijn vrede die uw hart vervult, zult u bewogen met u naasten durven en willen getuigen van de Zaligmaker van deze wereld. Vroeger liep u misschien net als de farizeeër met een boogje om de zondaren en het zogenaamde uitschot van de maatschappij heen, nu zoekt u hen op want uw hart is vol barmhartigheid, vloeiend uit de bron van het leven.
Terwijl de farizeeërs door Jezus terecht gewezen werden, zien we de discipelen van Johannes tot Hem komen. Ook zij hebben een vraag. Ze begrijpen er zo weinig van. Johannes, hun meester, hij die niets anders deed dan oproepen tot bekering, zat nu in de gevangenis. Hoe had ook hij scherpe woorden gesproken tot de farizeeërs, hen adderengebroedsel genoemd. Maar nu hun meester al zo lang gevangen zat, hoe moest het nu verder? Zij begrijpen ook niets van het leven van Jezus, ze zien Hem samen met Zijn discipelen zitten en eten met de tollenaren en de zondaren. Laten wij luisteren naar hun vraag en het onderwijs dat Jezus hen geeft. In een volgende overdenking willen we dan stilstaan bij de inhoud van dit onderwijs.
‘Toen kwamen de discipelen van Johannes tot Hem, zeggende: Waarom vasten wij en de Farizeen veel, en Uw discipelen vasten niet? En Jezus zeide tot hen: Kunnen ook de bruiloftskinderen treuren, zolang de Bruidegom bij hen is? Maar de dagen zullen komen, wanneer de Bruidegom van hen zal weggenomen zijn, en dan zullen zij vasten. Ook zet niemand een lap ongevold laken op een oud kleed; want deszelfs aangezette lap scheurt af van het kleed, en er wordt een ergere scheur. Noch doet men nieuwen wijn in oude leder zakken; anders zo bersten de leder zakken, en de wijn wordt uitgestort, en de leder zakken verderven, maar men doet nieuwen wijn in nieuwe leder zakken, en beide te zamen worden behouden, Matth. 9:14-17.’
Wilco Vos Veenendaal 05-07-2016