Volg ons op YouTube

Het leven na het kruis

‘Dit wetende, dat onze oude mens met Hem gekruisigd is, opdat het lichaam der zonde tenietgedaan worde, opdat wij niet meer de zonde dienen, Rom. 6:6.’

Dit wetende, zo begint onze tekst en dan te bedenken dat we in het zelfde Woord van God lezen dat de verborgenheid der Godzaligheid groot is, ja het geloof is een grote verborgenheid (1 Tim. 3:9,16). Hoe is dit mogelijk? Wel; ‘de natuurlijke mens begrijpt niet de dingen die des Geestes Gods zijn; want zij zijn hem dwaasheid, en hij kan ze niet verstaan, omdat zij geestelijk onderscheiden worden, 1 Kor. 2:14.’ De natuurlijke mens of de mens die nog leeft zonder God en Zijn zaligmakende genade, begrijpt niets van deze zaken. Jezus Christus, de Gekruisigde Heiland van de wereld is een ergernis en een dwaasheid in de ogen van de zogenaamd verstandige mens. ‘Doch wij prediken Christus den Gekruisigde, den Joden wel een ergernis, en den Grieken een dwaasheid, 1 Kor. 1:23.’ Door de natuurlijke geboorte, worden vijanden van God voortgebracht. Alle mensen zijn onder de zonde en die zonde moet rechtvaardig geoordeeld worden. Als we dan bedenken dat God volmaakt Heilig is en niet kan leven met de zonden, dan mag de vraag wel in ons opkomen: “Hoe wordt ik met God verzoend?” Hoe ontkomen wij aan het rechtvaardig oordeel van God? Als wij allen onder de zonde zijn (Rom. 3:9) en de gehele wereld schuldig is voor God, hoe kan een mens dan ooit zijn schuld kwijtraken? Hoe kan een mens de verbroken relatie met God weer goedmaken? Het antwoord is eenvoudig. De mens kan niets doen om de relatie weer goed te maken, de mens kan zijn schuld niet wegwerken of goedmaken. Als wij inderdaad inzien dat wij gezondigd hebben en gescheiden zijn van God en dat niets anders dan het rechtvaardig oordeel en de hel ons wacht. Dan probeert de mens zichzelf maar al te vaak op te knappen. De mens grijpt zich vast aan de wet en probeert, door te werken, weer bij God terug te komen. Maar daarvoor is de wet niet gegeven. De wet maakt de zonde bekend (Rom. 3:20) en doet ons ervaren dat al ons zwoegen en zweten niet anders doet dan de zonde vermeerderen. Hoe komt dit dan? De oorzaak ligt niet bij de wet, want deze is goed en heilig. De oorzaak moeten wij zoeken in ons hart. Ons hart is bedrieglijk (Jer. 17:9) en dat komt openbaar als wij het leggen naast het Woord van God. De mens die in eigen kracht het hart wil veranderen, komt er achter dat het van kwaad tot erger wordt, de schuld wordt niet minder maar meer.

Er is maar één antwoord op het zonde en schuld probleem; Jezus Christus en dien Gekruisigd. Hij is de Rechtvaardige en Zijn rechtvaardigheid wordt de onze zodra wij Hem gelovig aanvaarden als onze Heiland, Verlosser en Heere. ‘Maar nu is de rechtvaardigheid Gods geopenbaard geworden zonder de wet, hebbende getuigenis van de Wet en de Profeten: Namelijk de rechtvaardigheid Gods door het geloof van Jezus Christus, tot allen en over allen die geloven; want er is geen onderscheid. Want zij hebben allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods, En worden om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing die in Christus Jezus is; Welken God voorgesteld heeft tot een Verzoening door het geloof in Zijn bloed, tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid, door de vergeving der zonden die tevoren geschied zijn onder de verdraagzaamheid Gods, Tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid in dezen tegenwoordigen tijd; opdat Hij rechtvaardig zij, en rechtvaardigende dengene die uit het geloof van Jezus is, Rom. 3:21-26.’ Het is dus genade alleen. In Christus ontvangen wij de vergeving van zonden en worden wij verzoend met God de Vader. Niet door onze werken maar door het geloof in de Heere Jezus als onze Zaligmaker. ‘Wij besluiten dan dat de mens door het geloof gerechtvaardigd wordt, zonder de werken der wet, Rom. 3:28.’ Geloven in de Heere Jezus, is niets anders dan ons hele vertrouwen op Hem stellen. Hij is onze enige Hoop en in Hem te rusten is de volle zaligheid.

Het op God vertrouwen, in de wetenschap dat Jezus Christus onze zonde verzoend en onze schuld heeft vergeven, is het geloof dat zalig maakt. Op dat moment worden wij rechtvaardig verklaart en ontvangen wij de vrede met God. ‘Wij dan gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God door onzen Heere Jezus Christus, Rom. 5:1.’ Het bloed van de Heere Jezus, reinigt ons van alle zonden. Wij mogen geloven zalig te zijn, niet op grond van onze goede werken maar op grond van dat wat Jezus deed. Geen zilver of goud heeft ons verlost maar het dierbare bloed van de Heere Jezus. ‘Wetende dat gij niet door vergankelijke dingen, zilver of goud, verlost zijt uit uw ijdelen wandel, die u van de vaderen overgeleverd is, Maar door het dierbaar bloed van Christus, als van een onbestraffelijk en onbevlekt Lam, 1 Petr. 1:18,19.’

Hoe is het dan mogelijk dat zij die gelovig zien op de Heere Jezus, nog last ondervinden van de zonden? Hoe kan het dat een zondaar die gered is nog steeds last houd van zijn of haar opvliegerige karakter? Hoe is het mogelijk dat een geredde zondaar last ondervind van trots en hoogmoed? Hoe kan het dat een geredde zondaar nog steeds kan vallen in de seksuele zonde van bijvoorbeeld pornografie? Is het werk van de Heere Jezus dan niet voldoende? Moeten wij zelf ook nog iets overwinnen? Nee, de Heere Jezus is een volkomen Zaligmaker. Zijn werk is een volmaakt werk en Hij is een volmaakte Verlosser. Maar waar ligt dan het probleem? Het probleem ligt bij de geredde zondaar.

Wij moeten beseffen dat alle mensen zondaars zijn. Wij zijn geen zondaar omdat wij zondigen, wij zondigen omdat wij zondaars zijn. Adam heeft gezondigd, alle mensen komen voort uit Adam en hebben dus ook zijn zondige natuur (Rom. 5:17-19).

Nu is het een feit dat alle zonden vergeven worden op het moment dat de zondaar zichzelf overgeeft aan Gods genade. Toch bemerken wij dat wij zondig blijven. Zodra er dan een zondige gedachten in ons opkomt of een zondige daad is begaan nemen wij de toevlucht tot de Heere God en is daar zijn vergevende genade. ‘Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve en ons reinige van alle ongerechtigheid, 1 Joh. 1:9.’ Zo kan een geredde zondaar lange tijd bezig zijn in deze cirkel van staan en vallen. Leven in de blijde wetenschap dat alle zonden om Christus wil vergeven zijn en toch steeds weer de vrede verliezen omdat er een zonde is gekomen tussen God en de ziel. Maar is dit wel het gezonde leven van een Christen? Nee, er is meer, het kruis van Christus is het antwoord.

We hebben gezegd dat wij allen zondaars zijn en niets anders kunnen dan zondigen omdat wij uit Adam geboren zijn. Nu horen wij zeggen: ‘Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade te meerder worde? Rom. 6:1.’ Als het dan toch zo is dat God onze zonden vergeeft en wij niets anders kunnen dan zondigen, moeten wij dan maar zondigen? Nee! ‘Dat zij verre. Wij die der zonde gestorven zijn, hoe zullen wij nog in dezelve leven? Rom. 6:2.’ Wij moeten weten en geloven dat wij gestorven zijn. ‘Of weet gij niet dat zovelen als wij in Christus Jezus gedoopt zijn, wij in Zijn dood gedoopt zijn? Rom. 6:3.’ Toen wij voor het eerst geloofden in de Heere Jezus Christus, zijn wij één geworden met Christus. Ja, Christus is in ons (Rom. 8:10) en wij in Hem (Rom. 8:1). Wij zijn in Zijn dood gedoopt. Toen Hij de dood is ingegaan zijn wij met Hem gestorven. Dat is het geheim van het gekruisigde leven. Christus stierf 2000 jaar geleden aan het kruishout van Golgotha en met Hem hing ook ik aan het kruis. Nu hoef ik niet meer te overwinnen, de strijd is gestreden. Mijn oude ik is dood en Christus leeft in Mij. ‘Ik ben met Christus gekruist; en ik leef, doch niet meer ik, maar Christus leeft in mij; en hetgeen ik nu in het vlees leef, dat leef ik door het geloof des Zoons Gods, Die mij liefgehad heeft en Zichzelven voor mij overgegeven heeft, Gal. 2:20.’

Wat een heerlijke wetenschap, wat een overwinning! Christus is onze hoop, Hij is ons leven. Zijn dood is ook mijn dood en Zijn opstanding is ook mijn nieuwe leven. ‘Zo dan, indien iemand in Christus is, die is een nieuw schepsel; het oude is voorbijgegaan, zie, het is alles nieuw geworden, 2 Kor. 5:17.’ Nu niet meer wandelen naar onze oude natuur maar in het nieuwe leven, door de Heilige Geest geleid. ‘Wij zijn dan met Hem begraven door den doop in den dood, opdat gelijkerwijs Christus uit de doden opgewekt is tot de heerlijkheid des Vaders, alzo ook wij in nieuwigheid des levens wandelen zouden, Rom. 6:4.’

Zoals de vrede van God ons hart vervult bij het geloof in de Heere Jezus. Zo wordt ook dit opstandingsleven ons leven als wij geloven dat dit ons deel is. Zolang wij nog strijden tegen ons karakter in de hoop dat we eens gaan overwinnen, betekent dit dat wij niet begrijpen dat wij gekruisigd zijn. Er is dan nog verwachting van eigen krachten of inzicht. En juist deze strijd brengt zo vaak tot wanhoop en ontrooft ons de vrede met God. Ik mag geloven dat Christus kruis, mijn kruis is. Daar stierf ik aan mijn karakterzonden. Daar is de strijd met iedere verslaving overwonnen. Ik mag nu slechts rusten in Zijn overwinning. ‘Dit wetende, dat onze oude mens met Hem gekruisigd is, opdat het lichaam der zonde tenietgedaan worde, opdat wij niet meer de zonde dienen, Rom. 6:6.’ Het is als het ware een ingaan in de rust, als wij gaan geloven dat de strijd reeds gewonnen is. Als de zonden ons dan omringen, de duivel zijn pijlen op ons afvuurt en het vlees wordt verleidt tot zonden, dan roept Gods Woord ons toe: ‘Alzo ook gijlieden, houdt het daarvoor, dat gij wel der zonde dood zijt, maar Gode levend zijt in Christus Jezus, onzen Heere, Rom. 6:11.’ Onze nieuwe natuur kan niet zondigen en onze oude natuur mogen wij voor dood houden.

Het nieuwe leven roept ons om onszelf, nu levend geworden zijnde, dienstbaar te stellen aan God (Rom. 6:13, 12:1). Wat een heerlijke wetenschap, Christus stierf aan het kruis, is begraven en weer opgestaan. Zijn dood werd onze dood en Zijn leven ons leven. In Hem zijn wij meer dan overwinnaars. Wat een blijdschap in het zalig rusten aan Jezus voeten. Van Hem alleen is onze verwachting. In dat gelovige nieuwe leven is er geen veroordeling meer. ‘Zo is er dan nu geen verdoemenis voor degenen die in Christus Jezus zijn, die niet naar het vlees wandelen, maar naar den Geest, Rom. 8:1.’ Hoe kunnen wij zeker weten dat wij in Christus Jezus zijn? Hoe kunnen wij zeker weten behouden te zijn? Doordat wij gaan merken dat onze nieuwe natuur wil wandelen zoals God dat van ons vraagt. Dan willen wij niet meer in de werken van het vlees wandelen maar brengen wij vruchten van de Geest voort. We worden dan niet meer geleid door de geest van deze wereld maar door de Geest van God, Die in ons woont. ‘Want zovelen als er door den Geest Gods geleid worden, die zijn kinderen Gods, Rom. 8:14.’ Niet meer leven in de zonde, van overspel, hoererij, onreinheid, losbandigheid, afgoderij, toverij, vijandschappen, ruzie, afgunst, woedeuitbarstingen, egoïsme, onenigheid, afwijkingen in de leer, jaloersheid, moord, dronkenschap, zwelgpartijen, en dergelijke maar in de liefde, blijdschap, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid en zelfbeheersing. Alle vleselijke bewegingen en begeerten hebben wij gekruist omdat wij in Christus zijn (Gal. 5:16-26). Dit is de strijd waar God ons toe oproept, strijd de goede strijd des geloofs, dat is niet door kracht, nog door geweld maar door het werk van de Heilige Geest.

Dit wetende, zo begonnen wij deze overdenking. Mogen wij weten en geloven dat wij met Christus gekruisigd zijn? Zo niet, zoekt dan de Heere, bekeert u, gelooft Zijn Woord en leeft. Zo ja, dan is er in ons hart het verlangen om Hem te dienen, de wereld met al haar begeerlijks is voor ons geen speeltuin maar een strijdveld, een hete zandwoestijn. Maar hebt goede moed, Jezus is de Overwinnaar en in Hem hebben wij de overwinning. Amen.

Wie kan U naar waarde loven,

grote God van eeuwigheid!

Wat op aard’ is en daarboven,

alles is door U bereid.

Gij, Gij zijt de lofzang waard;

zalig, wie U looft op aard’!

Wie kan uw gena doorgronden,

uwe liefde en uwe trouw,

die uw Zoon voor onze zonden

in de kruisdood geven wou!

Gij spraakt van de schuld ons vrij,

Vader, wie heeft lief als Gij!


Wilco Vos Veenendaal 23-09-2014