Woorden van Jezus – Dat wat de mond ingaat verontreinigt de mens niet
‘En als Hij de schare tot Zich geroepen had, zeide Hij tot hen: Hoort
en verstaat. Hetgeen ten monde ingaat, ontreinigt den mens niet; maar hetgeen
ten monde uitgaat, dat ontreinigt den mens. Toen kwamen Zijn discipelen tot
Hem, en zeiden tot Hem: Weet Gij wel, dat de Farizeen deze rede horende,
geergerd zijn geweest? Maar Hij, antwoordende zeide: Alle plant, die Mijn hemelse
Vader niet geplant heeft, zal uitgeroeid worden. Laat hen varen; zij zijn
blinde leidslieden der blinden. Indien nu de blinde den blinde leidt, zo zullen
zij beiden in den gracht vallen. En Petrus, antwoordende, zeide tot Hem:
Verklaar ons deze gelijkenis. Maar Jezus zeide: Zijt ook gijlieden alsnog
onwetende? Verstaat gij nog niet, dat al wat ten monde ingaat, in den buik
komt, en in de heimelijkheid wordt uitgeworpen? Maar die dingen, die ten monde
uitgaan, komen voort uit het hart, en dezelve ontreinigen den mens. Want uit
het hart komen voort boze bedenkingen, doodslagen, overspelen, hoererijen,
dieverijen, valse getuigenissen, lasteringen. Deze dingen zijn het, die den
mens ontreinigen; maar het eten met ongewassen handen ontreinigt den mens niet,
Matth. 15:10-20.’
Nadat de Heere Jezus de
farizeeën en de Schriftgeleerden op scherpe wijze heeft duidelijk gemaakt dat
hun hele godsdienst niets anders was dan vormendienst en het naleven van
mensengeboden, keert Hij zich tot de mensen. ‘Hoort en verstaat.’ De Heere Jezus roept op om goed te luisteren
en te begrijpen wat Hij onderwijst. Ik geloof dat deze twee woorden van groter
belang zijn dan wij op het eerste gezicht zouden denken. Tot op de dag van
vandaag zijn de volgende woorden van Jezus namelijk nog steeds een punt van
discussie en woorden die verkeerd worden begrepen en geleerd.
Laten wij luisteren en
proberen te begrijpen wat Jezus ons hier duidelijk maakt. De farizeeërs en de
Schriftgeleerden vielen over het feit dat de discipelen hun handen niet op
rituele wijze wasten zoals dat gewoon was naar de overlevering van de
voorvaders. Jezus heeft hen een les geleerd zonder in te gaan op hun vraag om
zodoende geen parels voor de zwijnen werpen. Wat een zegen dat wij uitverkoren
zijn om Zijn woorden te ontvangen en te mogen overdenken. Luister wat Jezus
zegt: ‘Hetgeen ten monde ingaat,
ontreinigt den mens niet; maar hetgeen ten monde uitgaat, dat ontreinigt den
mens.’
De Heere Jezus richt de
aandacht af van dat wat de mond ingaat, om de nadruk te leggen op dat wat eruit
komt. Hij gaat van het uiterlijke naar het innerlijke. De focus kan gemakkelijk
gelegd worden op uiterlijkheden. De wettische mens kan vele geboden bedenken en
erop toezien dat anderen die ook naleven waardoor er een bepaald soort heiligheid
lijkt te ontstaan. Maar nee, zegt Jezus, ga eens dieper en sta eens stil bij
dat wat er uit de mond komt.
Als de discipelen tot Jezus
komen en Hem zeggen dat de Farizeeën zich geërgerd hebben aan Zijn onderwijs,
zegt Hij: ‘Alle plant, die Mijn hemelse
Vader niet geplant heeft, zal uitgeroeid worden. Laat hen varen; zij zijn
blinde leidslieden der blinden. Indien nu de blinde den blinde leidt, zo zullen
zij beiden in den gracht vallen.’ Jezus zegt hier onomwonden dat, hoewel
deze farizeeën voor vrome mannen doorgingen en zich bezighielden met Thora
onderzoek en het onderwijzen van de mensen, ze toch niet door God de Vader
geroepen waren. Ze hadden zichzelf opgebouwd met een vrome vorm maar worden
door Jezus voorgesteld als blinde leidslieden. Pas op, laat je niet leiden door
deze mensen want je zult samen in de gracht vallen. O hoe ernstig zijn toch
deze woorden. Ik geloof dat er vandaag de dag meer blinde leidslieden zijn dan
ooit tevoren. Leidslieden die nooit de volheid in Christus hebben gezien en
genoten, nooit ondervonden hebben wat genade werkelijk is en toch mensen leiden
op een manier die niets anders is dan misleiden en verleiden. Alle planten die
niet door de Vader geplant zijn, zullen uitgeroeid worden. Alle leidslieden die
niet Christus verhogen en zondaren dwingen om door het geloof in te gaan en
leren rusten op genade alleen, zijn niet door de Vader gezonden maar zullen
uitgeroeid worden.
Petrus zegt: ‘Verklaar ons deze gelijkenis,’ waarop
Jezus antwoordt; ‘Zijt ook gijlieden
alsnog onwetende?’ Petrus nu heb je al zoveel onderwijs genoten, begrijp je
het nu nog niet? Laten we niet wijzen naar Petrus maar samen luisteren naar wat
Jezus ons onderwijst. ‘Verstaat gij nog
niet, dat al wat ten monde ingaat, in den buik komt, en in de heimelijkheid
wordt uitgeworpen?’ Jezus maakt duidelijk dat wat de mond ingaat ons niet
verontreinigd, dat wat als voedsel wordt gegeten wordt later weer
uitgescheiden, maar… ‘die dingen, die ten
monde uitgaan, komen voort uit het hart, en dezelve ontreinigen den mens. Want
uit het hart komen voort boze bedenkingen, doodslagen, overspelen, hoererijen,
dieverijen, valse getuigenissen, lasteringen. Deze dingen zijn het, die den
mens ontreinigen.’
Dan voegt Jezus er de zo
belangrijke woorden aan toe: ‘maar het
eten met ongewassen handen ontreinigt den mens niet.’
Nee, niet het eten met
ongewassen handen maken de mens een onreine, maar dat wat er uit het boze hart
opborrelt en door de mond wordt uitgesproken of in praktijk wordt gebracht, dat
verontreinigt de mens. Het achterwege laten van het ritueel wassen van de handen
kan dan wel ingaan tegen menselijke tradities maar maakt een mens geen zondaar
voor God. Maar die begeerte die er vanuit het hart opwelt en maakt dat ik iets
wegneem dat mij niet toekomt, dat maakt mij een onreine zondaar voor God. De
doodslag, het overspel, het hoereren, liegen en kwaadspreken over elkaar, zijn
zaken die voortkomen vanuit het zondige hart dat zich niet onderwerpt aan God
en niet door Zijn liefde gedreven wordt.
Hoewel dit zulke heldere en
ernstige, niet mis te verstane woorden zijn, wordt juist deze geschiedenis
misbruikt om de Bijbel dingen te laten leren die God niet leert. Zegt Jezus
hier dat de discipelen in het vervolg gif kunnen eten omdat niets dat hun mond
ingaat hen zal verontreinigen? Nee, de woorden van Jezus moeten gelezen worden
in het geheel van de context waarbij de farizeeërs vallen over het eten met
ongewassen handen. Zo begint de geschiedenis en zo eindigt Jezus Zijn
onderwijs. Helaas grijpen velen dit vandaag aan om te zeggen dat Jezus hier
leert dat alles gegeten kan worden zonder dat er verontreiniging plaatsvindt.
De NBG en NBV vertaling zijn zelfs zo brutaal geweest om woorden aan de Bijbel
toe te voegen en te zeggen: ‘En zo
verklaarde Hij alle spijzen rein, Mark. 7 vers 19.’
Iedere keer opnieuw ontdekken
we dat mensen dingen toevoegen aan het Woord van God waarmee het heilige
onderwijs van God wordt verdraaid tot menselijke leringen en geboden. Met hand
en tand worden vervolgens deze inzichten verdedigd ten koste van alles, waarbij
God wordt onteerd en de mensen uit elkaar gedreven.
De discipelen die Jezus in
alles volgden, hebben heel goed begrepen dat Jezus hen niet leerde om nu de
spijswetten (Lev. 11) overboord te gooien en in het vervolg niet meer alleen te
eten dat wat goed voor hen was maar zich ook tegoed zouden doen aan dat wat
Vader als onrein heeft omschreven. Jezus zowel God als ook een Man van Woord en
daad heeft nooit iets onreins gegeten. Als Petrus een heel aantal jaren na het
sterven en de opstanding van Jezus, het visioen krijgt van een laken vol met
reine en onreine dieren en de stem hoort die zegt: ‘Sta op, Petrus, slacht en eet’, dan zegt hij: ‘Geenszins, Heere! Want ik heb nooit gegeten iets dat gemeen of onrein
was.’ Handelingen 10 en 11 vertellen ons deze geschiedenis twee keer
waarbij Petrus uitlegt dat God hem door dat visioen heeft laten zien dat hij
geen mens gemeen of onrein mocht noemen als God ze gereinigd heeft. Ook hier
willen mensen iets invoeren wat God niet leert. Petrus heeft niets onreins
gegeten, dat was ook niet de les, het ging er om dat de tot geloof gekomen heidenen
niet langer gezien mochten worden als iets onreins, omdat God hen reinigt die
tot Hem komen.
Hoewel niet iedereen blij zal
zijn met deze uitlegging van Jezus woorden, geloof ik dat het tijd wordt om de
Schriften opnieuw te onderzoeken met een open visie. Wat hebben we te
verliezen? Pas op, uit het hart komen voort… maar door genade mogen wij geloven
gewassen en gereinigd te zijn om voortaan door het geloof, in de kracht van
Christus opstanding te wandelen zoals Jezus gewandeld heeft. Als u dat nog niet
kunt zeggen, zoek dan in de eerste plaats de reiniging door Jezus bloed en laat
Zijn liefde uw hart vervullen. Amen.
Wilco Vos Veenendaal 18-12-2018